Door Eva Oude Elferink / 9 mei 2018
De dalits, de laagstgeplaatsen in India, roeren zich. Een nieuwe generatie leiders gaat voorop in het protest.
Ahmedabad/New Delhi
Jignesh Mevani heeft geen stem meer. Dat gebeurt steeds vaker, zegt hij bijna fluisterend. De 37-jarige activist verheft zijn stem de laatste maanden dan ook steeds luider.
Sinds december is Mevani niet langer ‘alleen’ een oproerkraaier, zoals hij zichzelf graag noemt, hij is ook politicus. Bij lokale verkiezingen in de Indiase staat Gujarat lukte het de partijloze Mevani tot parlementariër te worden verkozen. Een dubbele triomf, want niet alleen versloeg hij de kandidaat van de partij van zijn aartsrivaal premier Narendra Modi, de Bharatiya Janata-partij (BJP) – hij deed dat ook nog eens op diens eigen terrein. Gujarat is de thuisstaat van Mevani, maar ook van Modi.
De overwinning bevestigde Mevani’s reputatie als rijzende ster binnen een nieuwe generatie dalits, als ‘kastelozen’ de laagst geplaatsten in India: beter opgeleid, minder arm, mondiger. En boos.
Hoe boos, bleek op 2 april. Onaangekondigd en door heel het land braken er die dag gewelddadige protesten uit waarbij dalits slaags raakten met de politie en leden van hogere kasten. Duizenden mensen werden opgepakt, zeker negen mensen werden gedood. Directe aanleiding was het besluit van het Indiase hooggerechtshof een wet te wijzigen (lees: af te zwakken) die lage kasten en achtergestelde stammen in India moet beschermen tegen discriminatie.
Dalits, vroeger ook wel de ‘onaanraakbaren’ genoemd, zijn met ruim 200 miljoen in India. Op een bevolking van 1,3 miljard een groep die zich niet gemakkelijk laat negeren – te meer daar ze de vuile klusjes opknappen waarvoor andere Indiërs zich te goed voelen, zoals riolen ontstoppen en het ruimen van koeienkarkassen. Toch zorgde India’s verstikkende kastenstelsel er lange tijd voor dat ze hun stem niet konden laten horen.
Maar er vindt een kentering plaats. Soms is de opstand klein, in de vorm van een snor – iets wat dalits niet mogen hebben – of een paard – waarop dalits niet mogen rijden. En soms is die opstand groot, zoals op 2 april.
Mevani is de verpersoonlijking van die nieuwverworven assertiviteit, al staat hij als kind uit een middenklassegezin met een Engels literatuur- en rechtendiploma op zak mijlenver van de realiteit van veel dalits. Een charismatische jongen met golvend zwart haar en de blik van iemand die waarschuwt voor de rand van een afgrond. Dat doet hij in zekere zin ook.
„Het fundament waarop ons land is gebouwd staat het spel”, zegt de nieuwbakken politicus. Hij bedoelt: India als seculiere staat met een onafhankelijk juridisch systeem en een vrije pers. Pijlers die volgens Mevani consequent zijn uitgehold sinds de hindoe-nationalistische BJP vier jaar geleden aan de macht kwam. „Ze zeggen openlijk dat ze onze grondwet willen veranderen”, fulmineert hij, verwijzend naar een recente uitspraak van een prominente BJP-politicus.
Zijn zetel in Gujarat is dus mooi, maar Mevani mikt op een grotere trofee: de BJP verslaan bij de landelijke verkiezingen volgend jaar. Noem hem daarom liever ook geen dalit-leider. „Ik zie mijn rol veel breder dan dat.”
Identiteit
Mevani katapulteerde zichzelf op het podium in 2016 nadat in het dorpje Una een dalit-familie werd aangevallen door zelfbenoemde koeienbeschermers, wegens het villen van een dode koe. Mevani, toen al een lokale activist, organiseerde daarop een protestmars die zo’n 20.000 dalits op de been bracht. Sindsdien heeft hij zijn imago als leider zorgvuldig op- en uitgebouwd, door zijn gezicht bij dalit-protesten in heel het land te laten zien en op sociale media ongebruikelijk hard uit te halen naar Modi („een seniele man”).
Het leverde hem naast honderdduizenden vooral jonge volgers ook de steun van de Congrespartij op, na de BJP de grootste van het land. De partij trok haar kandidaat in een kiesdistrict van Gujarat terug, zodat Mevani het daar tegen de BJP kon opnemen. Hij won met bijna 20.000 stemmen verschil.
Maar de rol van politicus is er één waar Mevani nog aan moet wennen. Hij is een man van de straat, niet van de kantoren met airconditioning, zegt hij. Bovendien: „Er ligt een enorme druk op mij om te leveren, niet alleen in mijn eigen district.” De afgelopen maanden bestond zijn agenda uit een wirwar van staten die door hem werden aangedaan. Voor discussies, demonstraties of, zoals in Karnataka, waar volgende week lokale verkiezingen zijn, om campagne te voeren tegen de BJP.
Het is wat hem anders maakt dan de mainstream politieke partijen, zegt de jonge politicus. Die gaan alleen de straat op als er verkiezingen gewonnen moeten worden. „Ik ben veel consistenter, daardoor is mijn connectie met de massa’s veel sterker.”
Mevani denkt graag groot, zoals ook uit zijn woordkeuze blijkt. Hij praat over „revoluties” en „volksbewegingen”, want: „Alleen zo kunnen we de fascistische krachten in dit land stoppen.” Vandaar dat hij liever geen dalit-leider wordt genoemd. Hij wil net zo goed de leider zijn van de jongeren die op een arbeidsmarkt zonder banen komen. Van de boeren die zelfmoord plegen, omdat ze gebukt gaan onder schulden. Van de ambtenaren die na jaren dienst nog altijd geen vast contract hebben. „Ik mag dan wel geboren zijn als dalit, ik wil me niet laten beperken tot die identiteit.”
Niet iedereen neemt hem dat in dank af. Sommige dalits verwijten Mevani hun lot te misbruiken voor zijn eigen politieke carrière. Het is de tragiek van zijn gemeenschap, zegt hij daarover. „Er wordt alleen gedacht in termen van kastediscriminatie. Terwijl als ik praat over de rechten van boeren of van arbeiders, ik het óók over de dalits heb. Zij worden daar net zo goed door getroffen.”
Alliantie
Waar Mevani ook op inzet, is een alliantie met de moslims. Net als de dalits zagen zij sinds het aantreden van de BJP het aantal geweldsincidenten tegen hun gemeenschap door hindoe-fanatici flink toenemen. En net als de dalits zijn de moslims met veel, zo’n 180 miljoen, en stemmen ze bij verkiezingen vaak eensgezind.
Die toenadering maakt Mevani een gemakkelijk prooi voor de BJP. Bij de verkiezingen in Gujarat raakte hij in opspraak toen de BJP openbaarde dat Mevani een donatie had gekregen van de politieke tak van Popular Front of India, een fundamentalistische organisatie waarvan meerdere leden zich bij Islamitische Staat aansloten. Mevani ontkende eerst, maar gaf later alsnog toe geld te hebben gekregen. „Een schamele 51.000 roepies (omgerekend zo’n 640 euro)”, zegt hij geërgerd. „Afkomstig van een politieke partij. Als de regering zo’n probleem met hen heeft, waarom zijn ze dan nog niet verboden?”
Ruimte
Het laat zien hoe glad het ijs kan zijn waarop zo’n brede beweging zich begeeft. Mevani waakt ervoor te veel met één partij te worden geafficheerd. Juist het feit dat hij onafhankelijk is, geeft hem ruimte, zegt de parlementariër. „Ik heb een enorm publiek van mensen die naar mij luisteren, die mijn video’s delen en zich bij mijn strijd willen voegen. Die ruimte wil ik steeds verder uitbreiden.”
Zo gemakkelijk is dat niet, blijkt twee weken later als Mevani voor de Dag van de Arbeid een grootste demonstratie voor contractarbeiders aankondigt. Van de „minstens vijfduizend” deelnemers waarop hij had gehoopt, lopen er die middag iets meer dan honderd met hem door de straten van Ahmedabad, het kwik op 44 graden. Mevani voorop, protestbord in de hand (‘Volg de Grondwet!’), duidelijk genietend van zijn rol. Alleen als hij microfoons onder zijn neus krijgt, is er die ernstige blik.
De teleurstelling komt pas na afloop in een gekoeld kantoor. Hij had gehoopt op een betere „opkomst”, zegt Mevani, nippend van lauwwarm water. Had hij een demonstratie tegen anti-dalitgeweld georganiseerd, dan waren er zeker weten veel meer mensen gekomen.
„Ik wil de dalit-beweging juist laten zien dat dit niet alleen een kastestrijd is”, zegt de politicus. Alleen zo kan volgens hem worden voorkomen dat de BJP volgend jaar opnieuw de macht grijpt. En dát is cruciaal, herhaalt Mevani, „als we willen redden wat er nog over is van onze democratie.”
INZET
Regering Modi poogt de dalits binnenboord te houden
De forse winst van de BJP bij de landelijke verkiezingen in 2014 wordt deels toegeschreven aan de dalits. Een kwart van hen stemde voor de partij. Premier Modi heeft er de laatste weken dan ook alles aan gedaan om te benadrukken dat zijn BJP meer voor de dalits heeft gedaan dan welke andere partij ook. Zo werd het aantal strafbare feiten dat onder de Indiase discriminatiewet valt, door de BJP uitgebreid.
De BJP-regering heeft het Hooggerechtshof ook gevraagd om een recente afzwakking van de discriminatiewet te heroverwegen. Op campagne in Karnataka riep Modi begin deze maand BJP-politici op dalit-dorpen te bezoeken en bij hen thuis te gaan eten.
INZET Azad Leider van ‘Bhim Army’
De nieuwe generatie dalits kent nog een gezicht : Chandrashekhar Azad (31), oprichter van de ‘Bhim Army’. De actiegroep uit de deelstaat Uttar Pradesh (vernoemd naar Bhimrao Ramji Ambedkar, grondlegger van de Indiase grondwet én dalit) komt op voor de rechten van dalits en, zoals de naam suggereert, schuwt het gebruik van geweld niet.
Demonstraties van Bhim Army trokken de afgelopen jaren duizenden mensen . Leider Azad, standaard afgebeeld met zijn pilotenbril en flinke snor, werd in 2017 opgepakt na gewelddadige clashes in het dorp Saharanpur. Hij zou op borgtocht vrijkomen, maar is opnieuw vastgezet.